IS DE MR. BIG METHODE EEN ONTOELAATBARE UNDERCOVER OPERATIE?

Over die specifieke vraag heeft de Hoge Raad der Nederlanden helaas géén uitsluitsel gegeven in haar recente uitspraak. Volgens de Hoge Raad hangt het van de omstandigheden van het individuele geval af of de tijdens zo’n undercover operatie verkregen verklaring tot bewijs mag dienen.

De Mr Big Methode:
In een jaren lopende undercover operatie hebben opsporingsambtenaren cliënt betrokken bij hun fictieve al dan niet legale beveiligingsbedrijf om zo een vertrouwensband op te bouwen. Voorwaarde om in dienst te komen was dat verdachte openheid van zaken zou geven omtrent verdenking inzake betrokkenheid bij de dood van zijn vrouw. Cliënt, die net ontslagen was en met flinke (belasting-) schulden kampte, bleef echter iedere betrokkenheid bij het overlijden van zijn vrouw ontkennen. Toen bleek dat hij financieel ten onder zou gaan zou hij gezegd hebben dat hij de moord gepleegd zou hebben. Althans dat valt te lezen in de summiere processen-verbaal die de undercovers hebben opgetekend van de gesprekken met cliënt. Opzettelijk, om de methodiek geheim te houden, ontbreken audio- en/of video opnames van de undercover operatie. Simpelweg omdat men daarvoor gekozen heeft.

Verklaringsvrijheid ?
De Hoge Raad stelt dat voor de beoordeling van de vraag “of de verklaring niet is verkregen in strijd met zijn verklaringsvrijheid” het volgende van belang is; (1) het verloop van het opsporingstraject, (2) de door de verdachte ingenomen proceshouding met betrekking tot de verdenking, (3) de mate van (psychische) druk die in het traject op de verdachte is uitgeoefend, (4) de mate en de wijze van binnen dat traject toegepaste misleiding van de verdachte en (5) de bemoeienis die opsporingsambtenaren hebben gehad met de inhoud van (wezenlijke onderdelen van) de door de verdachte afgelegde verklaring.

Om al deze vragen goed te kunnen beantwoorden dient er volgens de Hoge Raad sprake te zijn van een “nauwkeurige verslaglegging” . En in de zaak van de “Kaatsheuvelse moord” is tijdens uitvoerige verhoren van de undercovers gebleken dat zéér veel juist niet is opgeschreven ter bescherming van de undercover technieken. Alle elementen die cliënt op financieel vlak dienden te overtuigen zijn systematisch uit de verslagen gelaten. Géén opsomming van peperdure auto’s , géén weergave van de voorgespiegelde levensstijl ..nee niets van dat alles. Opvallend tijdens de verhoren was verder het complete gebrek aan geheugen bij de verbalisanten. Bijna op géén enkele inhoudelijke vraag kwam een helder en gedetailleerd antwoord. Vage uitspraken gevolgd door een chronisch gebrek aan herinnering kenmerkte de verhoren. Ronduit een stuitende vertoning.

En dan moet het oordelende college het doen met summiere en onvolledige verslagen.
De Hoge Raad overweegt dan ook op dit punt terecht dat het de voorkeur verdient de communicatie auditief of audiovisueel vast te leggen.
Als dat allemaal niet is gebeurd, zoals in de zaak van de Kaatsheuvelse moord het geval is, zal het Hof moeten onderzoeken of de verslaglegging deugdelijk is. En als daar sprake van is dan dient op basis van die verslagen gekeken te worden of er géén ontoelaatbare druk op verdachte gezet is om tot een bekennende verklaring te komen. Allemaal vragen die beantwoord moeten gaan worden wil er sprake kunnen zijn van een veroordeling.

Canadese rechtspraak:
In Canada, waar de discutabele Mr Big methode is ontwikkeld en vaker is toegepast , is gebleken dat het risico op “valse en uitgelokte bekentenissen” bij deze methode groot is. Meerdere gedragsdeskundigen hebben zich in de loop der jaren inmiddels uitgesproken tegen de gehanteerde methode. Geconcludeerd wordt dat Mr Big operaties kunnen uitmonden in misbruik van macht en dat de feitenrechter een onderbouwde bewering van de kant van verdachte nauwkeurig dient te onderzoeken.

Omdat in de gehanteerde methode het “misbruik maken van een kwetsbare positie van verdachte ” een risico factor vormt waardoor valse bekentenissen kunnen worden afgelegd zijn door de Canadese rechter eisen gesteld aan de toelaatbaarheid van het door deze methode verkregen (bewijs-) materiaal.

Uitgangspunt is dat een bekentenis verkregen door de Mr Big methode in beginsel gewantrouwd moet worden en niet zomaar bruikbaar is als bewijs. Uitgangspunt is dus dat het in principe niet toelaatbaar voor bewijs is. Echter daar is één uitzondering op. Wanneer de overheid aantoont dat de bewijswaarde zwaarder weegt dan het gevaar voor vooringenomenheid kan de verklaring tot bewijs dienen. Concreet betekent dat dat in gevallen waarbij de bekentenis nieuwe en unieke daderinformatie bevat, welke aanleiding geeft tot nader onderzoek, de verklaring als bewijs gehanteerd kan worden. Niet bruikbaar…tenzij is de redenering.

De Hoge raad heeft inmiddels in 2 zaken waarin de Mr Big methode is toepast geoordeeld dat de veroordelingen niet in stand kunnen blijven en dat het gerechtshof zich opnieuw over de zaken zal moeten buigen. De vraag is nu welk toetsingskader door het Hof gehanteerd zal gaan worden en of het Hof de processen-verbaal voldoende accuraat achtten om de voornoemde vragen te kunnen gaan beantwoorden.

Wordt vervolgd……

0 reacties

Een reactie versturen

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Arthur van der Biezen
Strafrechtadvocaat bij Van der Biezen advocaten

Pin It on Pinterest

Share This